Werkplekspel ook bruikbaar in de ontwerpfase
15 oktober 2009
Het Werkplekspel is ontwikkeld voor de fase rond de ingebruikname van een innovatieve werkomgeving, om medewerkers op een actieve manier bewust te maken van de veranderingen in de werkomgeving en de gevolgen daarvan voor hun eigen gedrag. Tegenwoordig wordt het spel ook ingezet in de ontwerpfase. Het spel wordt dan gespeeld om gebruikers te laten zien wat er verandert in een innovatieve werkomgeving. Aan de hand daarvan wordt gediscussieerd over huidig gedrag, over gewenst gedrag in de nieuwe omgeving en over voorkeuren t.a.v. het ontwerp van de nieuwe omgeving. Het gesprek levert ontwerpers en architecten input op voor het ontwerp. Onlangs is deze nieuwe toepassing in een casestudy bestudeerd door onderzoekers van de faculteit Industrieel Ontwerp van de TU Delft.
De onderzoekers concluderen dat het Werkplekspel ook zinvol kan worden ingezet in de ontwerpfase. Ze raden wel aan om het spel voor dit specifieke gebruik aan te passen. Het zwaartepunt van de gesprekken ligt nu bij het gedrag in de huidige werkomgeving terwijl voor het ontwerp vooral informatie over het toekomstige gedrag gewenst is. Dit kan bereikt worden door de selectie van gebruikte situatiekaartjes hier op af te stemmen. Daarnaast is het door de focus op het bereiken van consensus niet steeds duidelijk wat de individuele voorkeuren zijn. Dat scheelt ontwerpinformatie. De onderzoekers wijzen er op dat je het spel vroeg in het ontwerpproces moet spelen. Dan kan je de speelresultaten opnemen in het ontwerp en maak je duidelijk dat de inbreng van de deelnemers er echt toe doet. Een ander aandachtspunt betreft de deelnemers aan het Werkplekspel. De onderzoekers raden aan om het spel met een gemêleerde groep bestaande uit voor- en tegenstanders te spelen. Dat levert een evenwichtig beeld op en brengt ook de bedenkingen en eventuele irritaties in kaart. Dat is nuttige informatie voor de architect met het oog op zijn ontwerp, en voor de organisatie met het oog op de implementatiestrategie.
De uitkomsten van de casestudy zijn positief en veelbelovend. Het CfPB wil de toepassing van het Werkplekspel daarom nader onderzoeken. Twee vragen staan daarbij centraal:
- Is het Werkplekspel verder te ontwikkelen als instrument voor ‘participatief ontwerp’?
- Hoe kan het Werkplekspel bijdragen aan het ontwerp van een innovatieve kantooromgeving die zowel optimaal past bij de werkprocessen van de organisatie als bij het gedrag van de medewerkers?
We zijn op zoek naar partijen die willen meedoen in het vervolgonderzoek.
Meer informatie:
De Jong, A., Kouprie, M. and De Bruyne, E., Effects of the Workplace Game: a casestudy into anticipating future behavior of office workers, In B.T. Karsh (ed) Ergonomics and health aspects HCII 2009 Springer Verlag Berlin Heidelberg