Concentratie op de werkplek serieus probleem
5 oktober 2015
Het opener worden van onze werkomgevingen gaat ten koste van focus en concentratie op de werkplek. In een column op de site van FMM gaat Yvette Tietema, Concept Development Office bij Saint-Gobain Ecophon, in op deze thematiek. Ze refereert onder andere aan onderzoek van Steelcase waarin 85% procent van de werknemers aangeeft ontevreden te zijn over hun werkomgeving, omdat ze zich niet kunnen concentreren. Johnson Controls onderschrijft dit met onderzoek waaruit naar voren komt dat we gemiddeld 51% van onze werktijd besteden aan concentratiewerkzaamheden, waarvan we bijna de helft van deze tijd niet productief zijn.
Resultaten CfPB-onderzoek
De bevindingen sluiten aan bij de uitkomsten van CfPB-onderzoek. De uitkomsten van ons onderzoek zijn wel minder extreem. Zo is 34% van de medewerkers in een meer open werkomgeving met flexibele werkplekken tevreden over de concentratiemogelijkheden en is 43% ontevreden. Daarnaast vindt 41% van de medewerkers dat de werkomgeving haar productiviteit wel ondersteunt en 28% van de medewerkers vindt dat niet. Over privacy is 39% ontevreden. [o.b.v. 60 cases; 10.450 respondenten]. Een vergelijking met traditionele kamerkantoren met vaste werkplekken [39 cases met 7.550 respondenten] laat zien dat 46% daar tevreden is met de concentratiemogelijkheden en de ondersteuning van de productiviteit. In een traditioneel kamerkantoor is 39% van de medewerkers ontevreden over de concentratiemogelijkheden en is 25% ontevreden over de privacy. De vermindering van concentratie en het gevoel van productief zijn kan te maken hebben met het meer open worden van de kantoren maar ook met het feit dat medewerkers niet meer hun eigen vaste werkplek hebben op kantoor.
Signaalfunctie hooggevoeligen benutten
Tietema volgde een workshop over de Participatiewet bij het CfPB en is zich hier verder in gaan verdiepen. Ze merkt op dat een groot deel van de mensen die via de Participatiewet gaan instromen extra veel moeite hebben om zich te kunnen concentreren en dat ze (nog) meer behoefte aan privacy hebben dan andere medewerkers. Vaak speelt hooggevoeligheid hierbij een rol. Overigens komt hooggevoeligheid veel voor, bij circa 1 op 5 medewerkers. Dat maakt het concentratie- en privacyprobleem extra urgent. De auteur pleit er voor om hooggevoeligen als vroegtijdig waarschuwingssysteem te gebruiken en hun klachten serieus te nemen. Een zinvol advies. In de praktijk zijn leidinggevenden en FM’ers nogal eens geneigd dergelijke geluiden te bagatelliseren. Niet doen! Vaak signaleren hooggevoeligen problemen voordat de rest van de medewerkers hier last van krijgt. Maak hier gebruik van, voordat ze leiden tot grootschalige onvrede en weglekkende arbeidsproductiviteit.