CfPB vindt zes typische profielen van hybride werkers
15 november 2024
Hybride werkers kunnen worden onderverdeeld in zes verschillende profielen. Dat blijkt uit data van het CfPB.
Kenniswerkers kunnen hun werkzaamheden tegenwoordig gemakkelijk (deels) plaats- en tijdonafhankelijk uitvoeren. Maar welke keuze maken zij precies? En waarom? Het Center for People and Buildings (CfPB) zocht het uit aan de hand van onderzoek onder ruim 17.000 medewerkers in de Nederlandse (semi)publieke sector. De resultaten zijn te vinden in het rapport Locatiekeuzeprofielen. Waar werkt iedereen?
Aan de hand van een digitale vragenlijst kregen medewerkers van Nederlandse (semi)publieke organisaties allerlei vragen voorgelegd over de locatie en wijze waarop zij hun hybride werkzaamheden uitvoeren. Analyse van de data uit de zogenoemde Werk in Transitie Monitor levert interessante kennis op.
Locatiekeuzeprofielen
Volgens het CfPB kunnen op basis van de antwoorden van de respondenten zes zogenoemde ‘locatiekeuzeprofielen’ opgesteld worden:
De toegewijde thuiswerker (25% van de respondenten) werkt voornamelijk thuis. In een volledige werkweek brengen medewerkers die vallen binnen dit profiel ongeveer een dag per week door op kantoor.
De merendeels thuiswerker (19% van de respondenten) werkt veel thuis. Medewerkers in dit profiel brengen een vierde van de werktijd door op kantoor.
De rondreizende medewerker (8% van de respondenten) werkt op verschillende locaties. Medewerkers met dit profiel werken een derde van de tijd op kantoor en een vijfde van de tijd thuis. Daarnaast wordt er veel onderweg en op andere locaties gewerkt.
De halfom medewerker (28% van de respondenten) verdeelt de werktijd gelijkwaardig tussen thuis en kantoor.
De merendeels kantoorwerker (14% van de respondenten) werkt voornamelijk op het kantoor. Binnen dit profiel werken medewerkers ongeveer een kwart van de tijd vanuit huis.
De toegewijde kantoorwerker (6% van de respondenten) werkt vrijwel volledig op kantoor.
Wat opvalt is dat de verschillende activiteiten die passen bij kenniswerk (Actief samenwerken, Algemeen meer routinematig werk, Werk waarbij je niet gestoord mag worden, en Overleg) binnen alle zes profielen zowel thuis als op kantoor worden uitgevoerd. Wel is het zo dat mensen die relatief veel thuis werken gemiddeld genomen meer concentratiewerk uitvoeren; medewerkers die vaker op kantoor zijn, doen juist meer interactief werk. De soms gehoorde conclusie dat het kantoor slechts een ontmoetingsplek is – en op navenante wijze ingericht zou moeten worden – wordt niet ondersteund wordt door de data.
Kenmerkende factoren
Een aantal factoren blijkt bepalend voor de vraag binnen welk profiel een medewerker valt. Er zijn relevante verschillen tussen de verschillende profielen voor wat betreft de waardering voor de werkplek, de reistijd, de functie en de leeftijd van de medewerker. Voor wat betreft het aantal uren dienstverband of het aantal jaren dat een medewerker in dienst is, kan volgens het CfPB geen duidelijke patroon gevonden worden. Ook met betrekking tot geslacht, persoonlijkheidskenmerken, samenstelling van het huishouden of de gevolgde opleiding zijn er geen relevante verschillen.
Op basis van een nadere analyse van de data kunnen de volgende conclusies getrokken worden:
Medewerkers die veel op kantoor werken:
› Zijn gemiddeld genomen jonger
› Wonen dichter bij kantoor
› Werken meer samen
› Zijn voor hun werk vaker afhankelijk van collega’s
› Hebben meer invloed in het team
Medewerkers die veel thuiswerken:
› Zijn gemiddeld genomen ouder
› Ervaren meer autonomie
› Zijn meer taakgericht
Zorgvuldige afweging
Uit analyse van de zes locatiekeuzeprofielen blijkt dat maar liefst 80% van de medewerkers maximaal de helft van de werktijd op kantoor werkt. Dit hoge percentage onderstreept nog eens dat de opkomst van hybride werken een fundamentele transitie betekent van de wijze waarop (kennis)werkers hun werkzaamheden uitvoeren. Om het maximale te halen uit hybride werken voor individu en organisatie is het belangrijk dat alle betrokkenen een zorgvuldige afweging maken van de verschillende belangen. Het rapport Locatiekeuzeprofielen. Waar werkt iedereen? kan daarbij helpen. De CfPB-publicatie is hier te downloaden.
Werk in Transitie
Het rapport werd opgesteld in het kader van het collectieve onderzoeksprogramma Werk in Transitie, dat het CfPB samen met TU Delft en TU Eindhoven uitvoert bij tien (semi) publieke organisaties. De data is verzameld met de Werk in Transitie Monitor. Deze wetenschappelijk gevalideerde digitale vragenlijst bevat een breed scala aan onderwerpen, onderverdeeld in vijf modules: Medewerker & Organisatie, Werkplek, Samenwerken, Leiderschap, en Gezondheid. Recentelijk publiceerde het CfPB ook de Werk in Transitie Benchmark 2024, waarin de belangrijkste conclusies van de Werk in Transitie Monitor zijn samengevat.